Gods midden

Het leven is niet te doorgronden, 
wie vindt er inzicht in ’t bestaan? 
Ik heb gezocht, maar niet gevonden,
de wijsheid bleef bij mij vandaan. 
Want bij wie leeft op rechte paden 
gaan d’ ogen zeer vroegtijdig dicht,
terwijl de mens met slechte daden 
beloond wordt met lang levenslicht.

Wees daarom niet al té rechtvaardig,
en wees in ’t leven niet te wijs.
Bestempeld word je als hooghartig, 
wellicht verwaand en eigenwijs.
Je richt jezelf gewis te gronde,
je leven is geen leven meer.
Geen sterveling is zonder zonde,
ga niet bij alles in ’t verweer! 

Spits bij geruchten niet je oren,
misschien betreft het wel jezelf.
’t Is beter om het niet te horen,
’t gaat anders toch weer als vanzelf.
Want vaker dan je wellicht wenste 
heb jij je naaste zélf gekwetst.
De keren dat jij hem verwenste 
of roddelt, lastert met geklets.

Gedraag je ook niet onrechtvaardig, 
onzinnig, dwaas je zijn bespot,
je leven leeft geheel lichtvaardig 
en niet naar God en zijn gebod.
Verzoekend hem, de Heer van leven,
hem tartend tot het einde toe.
Te vroeg kun je het leven geven,
te snel, hoewel niet levensmoe.

Ga dan alleen je God aanbidden,
vreest hem de Heer die need’rig is.
Zoek dan met hem het juiste midden
en leven naar zijn beeltenis. 
Wat zullen wij een leven leven,
bekleedt met zijn rechtvaardigheid.
Zijn goedheid ook aan and’ren geven
en komen in zijn heerlijkheid! 

Het leven is niet te doorgronden, 
wie vindt er inzicht in ’t bestaan? 
Ik heb gezocht, maar niet gevonden,
de wijsheid bleef bij mij vandaan. 
Want bij wie leeft op rechte paden 
gaan d’ ogen zeer vroegtijdig dicht,
terwijl de mens met slechte daden 
beloond wordt met lang levenslicht.

Wees daarom niet al té rechtvaardig,
en wees in ’t leven niet te wijs.
Bestempeld word je als hooghartig, 
wellicht verwaand en eigenwijs.
Je richt jezelf gewis te gronde,
je leven is geen leven meer.
Geen sterveling is zonder zonde,
ga niet bij alles in ’t verweer! 

Spits bij geruchten niet je oren,
misschien betreft het wel jezelf.
’t Is beter om het niet te horen,
’t gaat anders toch weer als vanzelf.
Want vaker dan je wellicht wenste 
heb jij je naaste zélf gekwetst.
De keren dat jij hem verwenste 
of roddelt, lastert met geklets.

Gedraag je ook niet onrechtvaardig, 
onzinnig, dwaas je zijn bespot,
je leven leeft geheel lichtvaardig 
en niet naar God en zijn gebod.
Verzoekend hem, de Heer van leven,
hem tartend tot het einde toe.
Te vroeg kun je het leven geven,
te snel, hoewel niet levensmoe.

Ga dan alleen je God aanbidden,
vreest hem de Heer die need’rig is.
Zoek dan met hem het juiste midden
en leven naar zijn beeltenis. 
Wat zullen wij een leven leven,
bekleedt met zijn rechtvaardigheid.
Zijn goedheid ook aan and’ren geven
en komen in zijn heerlijkheid! 

Informatie

Bijbelgedeelte: Prediker 7:15-24
Tekst: Jan Pieter Kuijper

Video-opname

Van dit lied is nog geen video-opname beschikbaar. Kunt u goed zingen en wilt u een opname maken? Stuur dan de geluidsopname in naar info@dichtbijdebijbel.nl en wellicht wordt uw opname op YouTube geplaatst.

Abonneer op het YouTube kanaal:


© Small Stone Media t/a Dicht bij de Bijbel
Alle rechten voorbehouden

© 2024 Dicht bij de Bijbel
Webontwikkeling: m&m web-it